top of page

Een huis voor Harry, denken en toepassen.



Door: Bianca Lammers

Dit prachtige prentenboek is in eerdere blogs door mijn beide collega’s Karin van de Mortel en Aafke Bouwman respectievelijk bekeken door een taal en rekenbril.

Ik ben op zoek gegaan naar een creatieve manieren om het geleerde toe te passen en op een andere manier te werken met het boek.

Ten eerste is een mooie werkvorm om de tekst alleen voor te lezen zonder de illustraties te laten zien en in tweetallen na te denken over welke illustraties de tekenaar zal hebben gemaakt. Dan maak je spelenderwijs gebruik van het visualiseren als leesstrategie. Doe het eerst voor: ”Als ik dit lees, dan denk ik dat de illustrator Harry wel heel verdrietig heeft getekend..”

De volgende les lees je het boek dan opnieuw voor en bekijk je de illustraties, welke keuzes heeft de illustrator bedacht? En wat zou er eerst zijn geweest, de illustraties of het verhaal?

Mijn collega Karin geeft in haar blog aan dat het verhaal rond is en dat je door de prenten rond te leggen dit heel goed kunt laten zien. Dat zette mij aan het denken over een tweede prachtige werkvorm. Deze prenten en het vingerpoppetje kun je ook prachtig gebruiken in een verteltheater. Een verteltheater is een kleine drieluikkast, waar je de prenten als achtergrond kan plaatsen. Kinderen kunnen op deze manier het verhaal naspelen en de woorden en zinnen van het boek toepassen. Woorden leer je niet door er naar te luisteren, maar toe te passen in diverse situaties. Voor het verteltheater heb je de prenten nodig of onderdelen van de prenten als je poppenkast speelt.

Als de leerlingen het verhaal gaan naspelen kun je aangeven dat ze de woorden; verdwaald, verdwenen, terug naar huis en/of de begrippen gebruiken. Er zijn leerlingen die zonder instructie deze opdracht kunnen uitvoeren, maar er zijn ook leerlingen die jouw instructie nodig hebben. Speel dan dus eerst het verhaal zelf voor, met het boek erbij, want afkijken moet!!

Veel leerkrachten klappen het boek dicht als het verhaal afgelopen is en stellen dan vragen die leerlingen uit hun hoofd moeten beantwoorden. In de middenbouw zien we dan dat leerlingen na het lezen van een tekst, niet meer terug gaan naar de tekst om een antwoord te vinden. Leer ze dit dus zo jong mogelijk. Als er een vraag is, ga je op zoek in het boek naar het antwoord en bewijs.

Mijn derde suggestie is het fantasiespel in het speellokaal. Heerlijk om met zijn allen Harry te zijn en te beleven wat hij meemaakt en te ervaren hoe hij rondgelopen heeft, terwijl de leerkracht nogmaals alle woorden en begrippen en het ronde verhaal laat zien en horen. Als leerkracht ben je natuurlijk ook Harry!!

Leerkrachten met wie ik samen lessen voorbereid, vinden passende denkvragen ontwerpen helemaal niet makkelijk.

Ik zie nu in lesvoorbeelden de vraag voorbij komen, waarom Harry verdwaald is. Ik denk dat de meeste leerlingen als antwoord zullen geven dat Harry achter Vera aanrende. “Maar kunnen we nog een andere reden vinden in het boek? Als ik terug ga naar de eerste bladzijde lees ik, dat Harry nog nooit eerder buiten is geweest. Ik denk dat ik hier de tweede reden lees. Wie denkt dat ook?”

Een andere vraag zou kunnen zijn: “Wordt Harry gemist en hoe weet je dat?” Je ziet namelijk in het boek posters met gezocht en op de laatste bladzijde een meisje dat erg blij is Harry weer te zien.

En dan de laatste zin…”Morgen kom ik weer buiten spelen”. Hoe zou het boek van morgen er dan uit zien? Zou hij dan weer verdwalen of wat zal hij doen om niet meer te verdwalen?

Dit zijn mijn ideeën bij het boek “Een huis voor Harry”. Mocht u nog ideeën hebben passend bij dit boek die aanzetten tot denken bij leerlingen, dan houd ik me aanbevolen!

809 weergaven0 opmerkingen

Recente blogposts

Alles weergeven
bottom of page